
Pensioen 1-2-3: laag 2
Via uw werkgever bouwt u pensioen bij bpfBOUW op. Dat is in uw cao vastgelegd. Elke pensioenuitvoerder heeft zijn eigen regeling. In dit Pensioen 1-2-3 leest u wat u wel en niet krijgt in onze pensioenregeling.
Wij werken steeds aan het verbeteren van de website. Meestal heeft u hier geen last van, maar soms is er technisch onderhoud nodig.
Daarom is de site vanaf zaterdag 9 juli van 10:00 uur tot 14:00 en zondag 10 juli van 07:00 tot 13:00 uur niet beschikbaar.
Via uw werkgever bouwt u pensioen bij bpfBOUW op. Dat is in uw cao vastgelegd. Elke pensioenuitvoerder heeft zijn eigen regeling. In dit Pensioen 1-2-3 leest u wat u wel en niet krijgt in onze pensioenregeling.
Via uw werkgever neemt u deel in de pensioenregeling van bpfBOUW en bouwt u ouderdomspensioen op. Dat ouderdomspensioen ontvangt u als u 67 jaar wordt, elke maand zolang u leeft. Uw ouderdomspensioen is een aanvulling op de AOW. De AOW is het pensioen dat u van de overheid ontvangt als u de AOW-leeftijd bereikt. Hoeveel pensioen u straks ontvangt van bpfBOUW is afhankelijk van de hoogte van uw salaris, de inhoud van de bpfBOUW-pensioenregeling en het aantal jaren dat u pensioen opbouwt.
Partnerpensioen is het pensioen voor uw partner als u overlijdt. U bouwt partnerpensioen op als uw werkgever is aangesloten bij bpfBOUW. Meestal is partnerpensioen automatisch geregeld. Als u getrouwd bent of een geregistreerd partnerschap heeft, hoeft u uw partner niet aan te melden. Maar woont u samen of trouwt u in het buitenland, dan weten wij dat niet. Wilt u regelen dat uw partner een partnerpensioen krijgt als u overlijdt?
Hoeveel partnerpensioen uw partner krijgt, hangt af van uw situatie.
Het partnerpensioen voor uw partner en het wezenpensioen voor uw kinderen is lager als u overlijdt op een moment dat u niet meer werkt in de bouwnijverheid. Hoeveel partnerpensioen uw partner krijgt, ziet u op uw Uniform Pensioenoverzicht, in Mijn Bouwpensioen en op mijnpensioenoverzicht.nl.
Als u overlijdt, heeft uw partner misschien recht op een wettelijke nabestaandenuitkering van de overheid: de ANW-regeling. Hieraan zijn voorwaarden verbonden. Uw partner moet dan geboren zijn vóór 1950 of een of meer minderjarige kinderen te verzorgen hebben of gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn. Meer informatie hierover kunt u vinden op de website van de Sociale Verzekeringsbank (SVB).
Als u arbeidsongeschikt bent kunt u, afhankelijk van de sector waarin u werkt, recht hebben op een arbeidsongeschiktheidspensioen (of invaliditeitspensioen). Dit is een maandelijkse aanvulling op uw arbeidsongeschiktheidsuitkering van UWV. De hoogte van deze aanvulling is afhankelijk van:
Als u voor meer dan 35% arbeidsongeschikt bent, heeft u tot uw AOW-leeftijd recht op gedeeltelijke voortzetting van uw pensioenopbouw. Zonder dat u daar zelf nog premie voor betaalt. Deze premievrije pensioenopbouw is afhankelijk van de mate van uw arbeidsongeschiktheid. Lees meer over arbeidsongeschiktheidspensioen bij bpfBOUW.
Bekijk het pensioenreglement van bpfBOUW.
De AOW is het wettelijke pensioen van de overheid, voor iedereen die tussen de leeftijd van 15 jaar en de ingangsleeftijd van de AOW in Nederland heeft gewoond of gewerkt. De AOW-ingangsleeftijd is niet meer voor iedereen gelijk. Kijk op de website van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) voor meer informatie over uw AOW-leeftijd en voor de AOW-bedragen. Deze worden jaarlijks aangepast. Let op: heeft u niet altijd in Nederland gewoond of gewerkt? Dan kan uw AOW lager uitvallen.
De hoogte van dit pensioen vindt u op uw Uniform Pensioenoverzicht (UPO). Het UPO ontvangt u één keer per jaar zolang u pensioen opbouwt bij bpfBOUW. Op het UPO staat het ouderdomspensioen dat u nu heeft opgebouwd. En het pensioen op uw 67ste als u tot dat moment bij bpfBOUW blijft opbouwen. Op het UPO vindt u ook informatie over het partner- en wezenpensioen. Dat is pensioen voor uw partner en kinderen als u overlijdt. Kijk ook op mijnpensioenoverzicht.nl. Daar vindt u een overzicht van al het pensioen dat u heeft opgebouwd in de banen die u heeft gehad.
U kunt zelf een aanvulling regelen op uw AOW en het pensioen dat u opbouwt via uw werkgever. Bijvoorbeeld via banksparen of door een verzekering - zoals een lijfrente - af te sluiten.
U en uw werkgever betalen iedere maand pensioenpremie. In feite is de premie de prijs van uw pensioen. Uw werkgever houdt de pensioenpremie elke maand in op uw loon. Op uw loonstrook staat het exacte bedrag dat u betaalt. De premie die de werkgever betaalt staat niet op uw loonstrook. Vraag bij uw werkgever na of en hoeveel hij bijdraagt aan uw pensioen. U en uw werkgever betalen premie voor ouderdoms- en partnerpensioen. De premie wordt berekend over uw pensioengevend salaris nadat dit verminderd is met de franchise. Afhankelijk van de sector waarin u werkt, betalen u en uw werkgever daarnaast premie voor arbeidsongeschiktheidspensioen. De hoogte van de premie verschilt per sector.
De aanvullingsregeling 55min is op 31 december 2020 geëindigd. U kreeg het extra pensioen op die datum toegekend als u aan de voorwaarden voldeed.
Waardeoverdracht
Verandert u van baan en gaat u daardoor naar een andere pensioenregeling? De hoogte van uw opgebouwd pensioen per jaar bepaalt wat er met uw pensioen gebeurt.
Maakt u geen keuze, dan neemt u automatisch deel aan de Beleggingsvariant. Lees meer over de BeterExcedent-regeling.
Dit is een eenmalige keuze! Als u hier eenmaal voor gekozen heeft, kunt u het niet meer ongedaan maken. Meer informatie over tijdelijk een hoger of lager pensioen is te vinden in het pensioenreglement. In Mijn Bouwpensioen ziet u wat het voor uw pensioen betekent als u uw pensioenbedrag aanpast.
De opbouw en uitbetaling van pensioen gaan over een heel lange periode. Vanaf het moment dat uw pensioenopbouw start tot uw laatste pensioenbetaling kan wel 80 jaar zitten. In zo’n periode verandert de wereld waardoor er risico’s kunnen ontstaan die uw pensioen bedreigen. De risico’s leiden mogelijk tot een tekort. BpfBOUW probeert voorbereid te zijn op de risico’s die uw pensioen kunnen bedreigen. In het verleden is dat niet altijd goed gegaan. Bijvoorbeeld door de snelle stijging van de levensverwachting. Die stijging is namelijk groter dan waarmee we rekening hebben gehouden. Als deelnemers gemiddeld ouder worden, moet hun pensioen langer worden uitbetaald. Wij moeten dan meer geld hebben dan waar we eerder op rekenden.
De rente beïnvloedt de waarde van pensioenen. Pensioenuitvoerders maken van tevoren een inschatting van het geld dat ze nodig hebben om de pensioenen te kunnen uitbetalen. Hoe lager de rente is, hoe meer geld bpfBOUW ‘in kas’ moet hebben om later alle pensioenen te kunnen uitbetalen. Als de rente over een lange periode laag blijft, maakt dat de pensioenen dus duurder. Ook de beleggingsresultaten kunnen tegenvallen. Daarom zorgt bpfBOUW ervoor dat de beleggingen gespreid worden over meerdere beleggingssoorten. Winst op een belegging kan verlies op een andere belegging goedmaken. Een pensioenuitvoerder kan beleggingsrisico’s ook afdekken. Daar zijn wel kosten aan verbonden.
Besluiten van het fondsbestuur over het beleid over de hoogte van de premie en de indexatie zijn voor een belangrijk deel gebaseerd op de beleidsdekkingsgraad van het pensioenfonds. Vanaf 2015 moeten pensioenuitvoerders bij beleidsbeslissingen gebruikmaken van de zogenoemde beleidsdekkingsgraad. De beleidsdekkingsgraad is een gemiddelde over twaalf maanden. Bekijk onze financiële situatie of bekijk de maandelijkse beleidsdekkingsgraad op de homepage.
Besluit sociaal akkoord 2004
Het pensioen dat voor u zal worden ingekocht omdat u in het verleden gedurende uw dienstbetrekking(en) een of meer perioden heeft gehad waarin minder pensioen is opgebouwd dan op grond van de fiscale regelgeving mogelijk is, wordt pas opgebouwd op het moment dat en voor zover de toegezegde aanspraken zijn gefinancierd. Wanneer uw deelname aan de pensioenregeling eindigt voordat deze aanspraken (volledig) zijn gefinancierd, heeft u alleen recht op het op dat moment gefinancierde en opgebouwde deel van deze pensioenaanspraken. Indien bij beëindiging van de deelname aan de pensioenregeling nog geen toegezegd pensioen over verstreken dienstjaren voor u is ingekocht en opgebouwd, heeft u dus ook geen recht op dit deel van uw toezegging. Als aan u is toegezegd dat pensioenaanspraken over verstreken dienstjaren worden ingekocht, dan moeten deze uiterlijk binnen vijftien jaren nadat de toezegging is gedaan, zijn gefinancierd. Wanneer u binnen die vijftien jaar met pensioen zou gaan, moeten de in te kopen pensioenaanspraken al eerder zijn gefinancierd, namelijk uiterlijk op het moment van uw pensionering. Een eenmaal gedane toezegging tot inkoop van aanspraken over het verleden kan in beginsel niet worden ingetrokken of gewijzigd.
Normaal gesproken wordt geld elk jaar iets minder waard. U kunt met hetzelfde bedrag in 2022 iets minder kopen dan in 2021. Dat heet ‘inflatie’. Vanwege de inflatie probeert bpfBOUW uw opgebouwde pensioen jaarlijks te indexeren. Dat wil zeggen dat het opgebouwde pensioen jaarlijks meegroeit met de algemene prijsstijging. Wij noemen dit een waardevast pensioen. Het lukt niet altijd om de pensioenen mee te laten groeien met de stijging van de prijzen. We kunnen uw pensioen verhogen als de financiële situatie van bpfBOUW goed genoeg is. De afgelopen jaren hebben wij de pensioenen als volgt geïndexeerd:
Jaar | Indexatie* | Stijging van de prijzen** | Onze indexatie-ambitie*** |
---|---|---|---|
2021 | 1,76% | 2,68% | 2,57% |
2020 | 0,00% | 1,27% | 0,99% |
2019 | 0,26% | 2,63% | 1,64% |
2018 | 1,07% | 1,71% | 1,47% |
2017 | 0,59% | 1,38% | 1,47% |
2016 | 0,00% | 0,32% | 0,00% |
2015 | 0,00% | 0,65% | 0,39% |
2014 | 0,20% | 0,98% | 0,57% |
2013 | 0,28% | 2,51% | 1,08% |
2012 | 0,00% | 2,45% | 2,14% |
2011 | 0,00% | 2,34% | 1,03% |
2010 | 0,00% | 1,27% | 1,35% |
Soms zetten wij de opbouw van uw ouderdomspensioen voor een aantal maanden voort. U betaalt hiervoor geen premie. Daarom spreken we van premievrije pensioenopbouw. U kunt de pensioenopbouw ook vrijwillig voortzetten. Dit betekent dat u zelf de premie blijft betalen. Omdat u geen werk heeft, moet u zelf ook het werkgeversdeel betalen. Lees meer over werkloosheid.