Partnerpensioen

Wat gebeurt er als jij eerder overlijdt dan je partner? Je denkt er misschien liever niet over na. Toch wil je natuurlijk zeker weten dat alles goed geregeld is.

Je partner heeft als nabestaande meestal recht op een partnerpensioen. Dat is het geld dat je partner levenslang elke maand van ons krijgt als je overlijdt. Je partner krijgt dit geld ook als je vóór het pensioen overlijdt.

Je partner is:

  • je echtgenoot of echtgenote;
  • de persoon met wie je een geregistreerd partnerschap hebt;
  • de persoon met wie je een samenlevingsovereenkomst hebt. Dit moet door een notaris zijn opgesteld. En je moet dit aan ons doorgeven. Lees hier meer.

Hoe hoog het partnerpensioen is zie je in Mijn Bouwpensioen. Op deze pagina vind je wat je er verder over moet weten.

Als je overlijdt, komt het inkomen van je partner mogelijk onder het sociaal minimum. Je partner kan dan misschien extra geld krijgen, bijvoorbeeld zorgtoeslag of huurtoeslag. Controleer met je partner of je partner extra geld kan krijgen.

Je partner krijgt het partnerpensioen na je overlijden. Hoeveel partnerpensioen je partner krijgt, hangt af van de situatie.

  • Werk je in de bouw?
    Het partnerpensioen bestaat uit: 70% van het ouderdomspensioen dat is opgebouwd tot 1 januari 2018, het partnerpensioen dat je vanaf 1 januari 2018 hebt opgebouwd en wat je had kunnen opbouwen vanaf overlijden tot 67 jaar.
  • Werk je niet meer in de bouw?
    Je partner krijgt het partnerpensioen dat je hebt opgebouwd toen je nog in de bouw werkte.
  • Ben je al met pensioen?
    Je partner krijgt dan het partnerpensioen dat je hebt opgebouwd tot je pensioen. De hoogte van het partnerpensioen is ook afhankelijk van de keuzes die je hebt gemaakt toen je met pensioen ging. Bijvoorbeeld als je ervoor hebt gekozen om een deel van het partnerpensioen om te zetten naar een hoger ouderdomspensioen. Ook kan je ex-partner recht hebben op een deel van je pensioen. Dit heet bijzonder partnerpensioen.

    Op Mijn Bouwpensioen of op het jaarlijkse pensioenoverzicht zie je hoe hoog je partnerpensioen is.

Middelloonregeling

Grafiek Middelloonregeling bpfBOUW

Bruin = ouderdomspensioen
Zwart = nabestaandenpensioen

Neem je deel aan de pensioenregeling bij bpfBOUW vanaf 1 januari 2006? Dan bouw je het volgende partnerpensioen op:

Ieder jaar bouw je een stukje van je pensioen op. Vanaf 2018 bouw je jaarlijks over een deel van je salaris 1,3125% partnerpensioen op. Van 2006 tot 2018 bouwde je jaarlijks 70% van het ouderdomspensioen aan partnerpensioen op.

Hieronder lees je de belangrijkste aandachtspunten:

  • Op pensioendatum kun je je ouderdomspensioen verhogen met het partnerpensioen dat je vanaf 1 januari 2006 hebt opgebouwd. Je kiest dan voor volledige verhoging of geen verhoging. Je keuze kan niet meer worden gewijzigd. Als je een partner hebt, moet deze instemmen met deze keuze.
  • De looptijd van het partnerpensioen voor je partner is levenslang.

Lees meer over pensioenopbouw.

  • Als je eerder stopt met werken heeft dat ook gevolgen voor de hoogte van je partnerpensioen. Hoeveel? Dat staat op de opgave die je van ons krijgt als je het pensioen aanvraagt.
  • Woon je ongehuwd samen (met samenlevingscontract) en bouw je geen pensioen meer op bij bpfBOUW? Of bouwde je geen pensioen meer op toen je met pensioen ging? Dan is het partnerpensioen lager. Als je overlijdt, krijgt je partner alleen het partnerpensioen opgebouwd vanaf 2006.
  • Heb je korter dan één jaar een partner? Dan is het partnerpensioen lager. Als je overlijdt, krijgt je partner wel het partnerpensioen dat is opgebouwd. Maar niet het partnerpensioen dat je had kunnen opbouwen vanaf je overlijden tot 67 jaar.
  • Heb je een partner die meer dan 10 jaar jonger is dan je zelf bent? Dan is het partnerpensioen lager. Als je overlijdt, krijgt je partner minder partnerpensioen (berekend vanaf je overlijden tot 67 jaar). Voor elk heel jaar dat je partner boven de 10 jaar met je scheelt, verminderen we het partnerpensioen met 2,5%. Is het leeftijdsverschil bijvoorbeeld 12 jaar? Dan verminderen wij het partnerpensioen met 2 x 2,5 = 5%.

In eerdere regelingen van bpfBOUW stonden soms andere regels voor (bijzonder) partnerpensioen. Hieronder vind je de belangrijkste verschillen.

Bouwpensioen2000

Grafiek bouwpensioen 2000

Bruin = ouderdomspensioen

Dit was de pensioenregeling van bpfBOUW van 2000 tot 2006. Heb je hieraan deelgenomen? Dan heb je in deze periode geen (bijzonder) partnerpensioen opgebouwd. Als je met pensioen gaat kun je het ouderdomspensioen dat je tussen 2000 en 2006 hebt opgebouwd verlagen en daarmee het partnerpensioen verhogen.

Loonafhankelijke Pensioenregeling (LAP-regeling)

Grafiek Loonafhankelijk Pensioenregeling bpfBOUW

Bruin = ouderdomspensioen
Zwart = nabestaandenpensioen

Dit was de pensioenregeling van bpfBOUW van 1987 tot 2000. Heb je hieraan deelgenomen?

  • Je partner ontvangt tot 65 jaar na je overlijden een hoger partnerpensioen dan na 65. De LAP-regeling kent namelijk een tijdelijk (hoger) partnerpensioen tot de leeftijd van 65 jaar van je partner.
  • Je kan het partnerpensioen dat je hebt opgebouwd op pensioendatum niet uitruilen voor een hoger ouderdomspensioen.
  • Als je overlijdt nadat je deelname aan de pensioenregeling is gestopt, keert bpfBOUW alleen het partnerpensioen uit dat je hebt opgebouwd in de pensioenregelingen vóór 1 januari 2000.
  • Woon je ongehuwd samen (met samenlevingscontract) dan heeft je partner geen recht op partnerpensioen uit de pensioenregelingen van vóór 1 januari 2000 als:
    1. Je geen actief deelnemer bent bij overlijden;
    2. Je geen pensioen meer opbouwde op het moment dat je met pensioen ging.
  • In de regelingen van vóór 1 januari 2006 (dus ook in de LAP-regeling) hebben ongehuwd samenwonenden (met samenlevingscontract) geen recht op bijzonder partnerpensioen.

Grafiek Dagafhankelijk Pensioenregeling

Bruin = ouderdomspensioen
Zwart = nabestaandenpensioen

Heb je deelgenomen aan deze pensioenregeling van bpfBOUW tot 1987?

  • Je kan het partnerpensioen dat je hebt opgebouwd op pensioendatum niet uitruilen voor een hoger ouderdomspensioen.
  • Ben je getrouwd of heb je een geregistreerd partnerschap? Dan heeft je partner recht op partnerpensioen.
  • Woon je ongehuwd samen (met samenlevingscontract) dan heeft je partner geen recht op partnerpensioen uit de pensioenregelingen van vóór 1 januari 2000 als:
    1. Je geen pensioen opbouwt op het moment van overlijden.
    2. Je geen pensioen meer opbouwde op het moment dat je met pensioen ging.
  • In de regelingen van vóór 1 januari 2006 (dus ook in de DAP-regeling) hebben ongehuwd samenwonenden (met samenlevingscontract) geen recht op bijzonder partnerpensioen.