We moeten naar ons lichaam luisteren, zegt Ard Schenk (76). En hij kan het weten. Om als schaatser wereldrecords te breken daagde hij zichzelf tot het uiterste uit. 'Juist wanneer je heel fysiek werk doet, moet je je grenzen bewaken.'

Interview uit december 2020. Fotografie: Merlijn Doomernik

Bewegen

Voor mensen die in de jaren zeventig opgroeiden is de naam Ard Schenk een begrip. Hij won 3 gouden medailles op de Olympische Winterspelen in 1972. 3 jaar op rij was hij wereldkampioen allround schaatsen. Na zijn schaatscarrière startte hij een fysiotherapiepraktijk. Inmiddels is hij gepensioneerd maar stilzitten is er beslist niet bij. Sinds 2012 geeft Schenk lezingen in het theater onder de naam Het Fitte Brein. Dat doet hij samen met Erik Scherder, hoogleraar klinische neuropsychologie, en neurobioloog Dick Swaab. Ze praten daar over het belang van bewegen als je ouder wordt. 

Voor de tv

Schenk (76) is een onvermoeibare ambassadeur voor een gezonde levensstijl. ‘Je moet het lichaam gebruiken waar het voor bedoeld is: bewegen. Jonge mensen zijn sterk. Die buffelen overdag en gaan ’s avonds voetballen. Ik kan mij goed voorstellen dat je op je 40e na een dag hard werken zegt: ik heb het wel gehad vandaag. Ik blijf voor de tv zitten. Toch is het belangrijk dat je aan je conditie werkt. Ik merk het zelf. Als je lichaam niet in conditie is, worden de dagelijkse dingen zoals fietsen, tillen en traplopen steeds zwaarder. Als je spierkracht op peil blijft, gaat dat makkelijker. Je hoeft het niet te overdrijven. 10 kilometer fietsen na het werk bijvoorbeeld is al heel goed. Heeft dat zin? Ja, want je belast het lichaam niet te veel maar het hart gaat wel sneller kloppen. De circulatie komt op gang. Zorg dat je iets doet wat je leuk vindt. Iets wat je samen met collega’s of vrienden kan doen zodat je elkaar motiveert.’ 

Gestrekt gaan

'Het is niet alleen een kwestie van bewegen. Juist wanneer je heel fysiek werk doet, moet je je grenzen bewaken. Hoe ouder je wordt, hoe belangrijker dat is. Luister naar de signalen van je lichaam. Vermoeidheid is zo’n simpel signaal. Je komt aan het einde van de dag thuis en je bent moe. Vaak geef je daar niet aan toe omdat je aandacht wordt getrokken door iets anders. Je kan dan beter even gestrekt gaan. Spierpijn is ook een teken. Vraag je af wat je gedaan hebt. Is het een gevolg van een zware klus of deed je ander werk dan normaal? Ik heb dat luisteren naar mijn lichaam echt moeten leren.'

25 kilo overgewicht

'Als topsporter negeer je de signalen. Als je traint word je moe. Je spieren verzuren. Toch ga je steeds over de grens van wat je aankan. Dat is ook de bedoeling. Daarmee prikkel je het lichaam om beter te worden. Maar op mijn 35e merkte ik dat ik niet meer zo makkelijk herstelde.'

Echt naar je lichaam luisteren doe je misschien pas op latere leeftijd. Maar eigenlijk moet je daar veel eerder mee beginnen, vindt Schenk. Gezond leven doe je niet vanaf je 55e. Eigenlijk begint het al bij je geboorte. Eerst is dat de taak van je ouders. Zodra je volwassen bent moet je het zelf doen. Het gaat niet alleen om bewegen. Ook wat je eet is belangrijk. Je kan best een keer een zak friet eten maar liever niet 5 keer in de week. En als je kookt, kies dan voor verse producten. Het scheelt enorm als je geen 10 kilo overgewicht met je mee hoeft te sjouwen. Heb je die glunderende bouwvakker in de loterijreclame gezien? Die man is veel te zwaar. Ik heb zelf een periode gehad waarin ik 25 kilo overgewicht had. Hoe gebeurt zoiets? Ik was ’s avonds veel weg voor vergaderingen. Dan bestaat je avondeten uit een stapel belegde broodjes. Als ik rond middernacht naar huis reed, trakteerde ik mijzelf nog ergens op een hamburger. Vaak ging ik tussen de middag ook nog met collega’s 3 kwartier hardlopen. Voor het eerst kreeg ik blessures. Door dat overgewicht beginnen de gewrichten en aanhechtingen te protesteren. Je lichaam zegt op zo’n moment: vriend, dit kan ik niet meer bijhouden.'

Tempo terugschroeven

'Mijn advies aan iedereen is: ga niet bij het eerste pijntje naar de dokter of fysiotherapeut. Vraag je af wat je anders kunt doen. Daarin moet je jezelf motiveren. Je maakt het eenvoudiger als je geleidelijk je levensstijl verandert. Zorg goed voor jezelf en je kan door tot je pensioen. Ik heb tot mijn 70e gewerkt. Dat geeft veel voldoening. Ik ben nu met pensioen en dat bevalt fantastisch. Ik ga iedere dag op mijn racefiets 1,5 uur de polder in. Of ik pak de mountainbike en fiets door de duinen. Dat gaat heel ontspannen. Ik stop onderweg voor een kop koffie. Natuurlijk merk ik wel dat ik minder energie heb dan vroeger. Dat is niet erg. Ik schroef gewoon mijn tempo wat terug.'